Winkelwagen

/ VPS-Infrastructuur

Alles over de zelfontwikkelde VPS-infrastructuur

Register now

/ Up to date

/ Nieuws

Lancering PerformanceVPS

Meer info
Hulp nodig?

    Sorry, we konden geen resultaten vinden voor jouw zoekopdracht.

    Een IPv4- of IPv6-adres toevoegen in CentOS 7

    Wanneer je een extra IPv4-adres bestelt, of een extra IPv6-adres toevoegt aan je IP-adressen via het controlepaneel,  worden deze niet automatisch via DHCP toegevoegd aan je VPS. Extra IP-adressen voeg je dan ook handmatig aan de netwerk-interfaces toe.

    In dit artikel leggen wij uit hoe je een IPv4- en IPv6-adres aan je CentOS 7 VPS toevoegt of statisch instelt. Hiervoor heb je een extra IPv4- en/of IPv6-adres nodig (afhankelijk van wat je wil instellen / toevoegen). Heb je die nog niet? Raadpleeg dan eerst een van de volgende artikelen:

    Kijk hier voor een overzicht van al onze handleidingen om een extra of statisch IPv4- en IPv6-adressen aan verschillende Linux distros toe te voegen, of hier voor Windows.

    • Deze handleiding gaat over publieke IP-adressen. In deze handleiding vind je meer informatie over het instellen van interne adressen (voor je private network).
    • Bij een VPS zit standaard één IPv4-adres inbegrepen, maar je kunt dit uitbreiden naar maximaal tien IPv4-adressen via het controlepaneel. Voor de VPSen uit de PRO-serie geldt een limiet van maximaal 20 IPv4-adressen.

    • Elke VPS heeft standaard een /64 IPv6-range tot zijn beschikking, waar naar eigen wens IP-adressen uit kunnen worden toegevoegd. Een /64 IPv6-range bevat in totaal 18,446,744,073,709,551,616 IP-adressen, dus de kans is vrij klein dat je er niet genoeg hebt! De gateway valt buiten deze range, dus het netmask stel je altijd in op 48.


    Een IPv4-adres toevoegen in CentOS 7.x

     

    Stap 1

    Verbind met je VPS via de VPS-console of via SSH.


     

    Stap 2

    Eenmaal ingelogd zie je de huidige networkinterfaces en de daarop ingestelde IP's terug met het commando:

    ifconfig -a 

    Voor de vervolgstappen is het vooral belangrijk dat je bewust bent van de correcte adapternaam. In dit voorbeeld is dat eth0.

    centos7_ifconfiga


     

    Stap 3

    Let op: Maak je gebruik van de fast installs feature voor VPS en heb je daarbij gekozen voor installatie via SSH-keys, eenmalig wachtwoord, of cloud-config user data? Dan komen er enkele aanvullende stappen kijken bij de configuratie. Klik hieronder op 'Fast installs proces' voor deze stappen.

    Fast installs proces

    Voor Fast Installs maken we gebruik van Cloud Init. Cloud Init overschrijft automatisch je netwerkconfiguratie en om die reden moet Cloud Init, of de Cloud Init controle over het netwerk uitgeschakelt worden als volgt (de keuze staat vrij):

     

    Cloud Init netwerkbeheer uitschakelen

    Open/maak het volgende bestand aan:

    nano /etc/cloud/cloud.cfg.d/99-disable-network-config.cfg

    Geef het bestand de inhoud hieronder. Sla vervolgens je wijzigingen op en sluit het bestand (ctrl + x > y > enter).

    network:
       config: disabled
    
    Je kunt nu verder gaan met de rest van stap 3 vanaf hier.

     

    Cloud Init uitschakelen

    Cloud Init wordt enkel gebruikt voor de initiële installatie van je VPS. Het kan dan ook geen kwaad om Cloud Init geheel uit te schakelen. Dit kun je doen door enkel één leeg bestand aan te maken:

    touch /etc/cloud/cloud-init.disabled
    Je kunt nu verder gaan met de rest van stap 3 vanaf hier. Mocht je na het doorlopen van deze handleiding blijken dat Cloud Init de wijziging niet goed verwerkt heeft, voer dan nog het volgende commando uit:
    dpkg-reconfigure cloud-init
    

    Nu voeg je het extra IPv4-adres toe in de networkinterfaces. Open hiervoor eerst de configuratie van je netwerkinterface:

    nano /etc/sysconfig/network-scripts/ifcfg-eth0

    Let op: In CentOS 6 moest er voor elk afzonderlijk IP-adres een extra interface aangemaakt worden zoals eth0:1, eth0:2, etc. In CentOS 7 hoeft dit niet langer.

    centos7_defaultifcfg

    Het bestaande configuratie-bestand wordt geopend en hier voeg je het volgende toe/pas je de volgende velden aan:

    BOOTPROTO=static
    IPADDR=149.210.175.3
    IPADDR0=149.210.193.224
    IPADDR1=149.210.193.225
    NETMASK=255.255.255.0
    NETMASK0=255.255.255.0
    NETMASK1=255.255.255.0
    GATEWAY=149.210.175.1
    GATEWAY0=149.210.193.1
    GATEWAY1=149.210.193.1
    

    Hierbij is IPADDR(x) het IP-adres dat je wilt instellen en GATEWAY(x) de gateway, deze kun je voor je IP-adres terugvinden in het controlepaneel.

    Voor elk IP-adres dat je toevoegt neem je een oplopend nummer, dus IPADDR0, IPADDR1, IPADDR2, IPADDR3, etc. Hetzelfde geldt voor gateways indien van toepassing. Het (sub)NETMASK dien je gewoon op 255.255.255.0 te laten staan.

    Sla de wijzigingen op en sluit nano af (ctrl + x > y > enter).



    Stap 4

    Om het nieuwe IP-adres in gebruik te kunnen nemen zul je de netwerkinterfaces nog moeten resetten via het volgende commando:

    systemctl restart network

     

    Stap 5

    Wanneer je nu weer ifconfig -a of ip addr (vaak is ip addr accurater) uitvoert zie je de nieuwe toegevoegde IPv4-adres(sen) terug. Je kunt deze IP-adres testen door vanaf een andere computer / IP een ping uit te voeren.

    centos7_ipsadded

    Mocht je nog meer IP-adressen willen toevoegen dan kun je de bovenstaande stappen herhalen. Het is daarnaast niet verplicht om de gateway toe te voegen wanneer het extra IP-adres zich in dezelfde /24 range bevindt. Indien dit niet het geval is dan zul je dit wel moeten toevoegen, omdat je anders problemen krijgt met het bereiken van andere IP's binnen het TransIP-netwerk.


    Een IPv6-adres toevoegen in CentOS 7.x

     

    Stap 1

    Verbind met je VPS via de VPS-console of via SSH.


     

    Stap 2

    Eenmaal ingelogd zie je de huidige networkinterfaces en de daarop ingestelde IP's terug door middel van het commando:

    ifconfig -a 

    Voor de vervolgstappen is het vooral belangrijk dat je bewust bent van de correcte adapternaam. In dit voorbeeld is dat eth0.

    centos_ifconfig


     

    Stap 3

    Let op: Maak je gebruik van de fast installs feature voor VPS en heb je daarbij gekozen voor installatie via SSH-keys, eenmalig wachtwoord, of cloud-config user data? Dan komen er enkele aanvullende stappen kijken bij de configuratie. Klik hieronder op 'Fast installs proces' voor deze stappen.

    Fast installs proces

    Voor Fast Installs maken we gebruik van Cloud Init. Cloud Init overschrijft automatisch je netwerkconfiguratie en om die reden moet Cloud Init, of de Cloud Init controle over het netwerk uitgeschakelt worden als volgt (de keuze staat vrij):

     

    Cloud Init netwerkbeheer uitschakelen

    Open/maak het volgende bestand aan:

    nano /etc/cloud/cloud.cfg.d/99-disable-network-config.cfg

    Geef het bestand de inhoud hieronder. Sla vervolgens je wijzigingen op en sluit het bestand (ctrl + x > y > enter).

    network:
       config: disabled
    
    Je kunt nu verder gaan met de rest van stap 3 vanaf hier.

     

    Cloud Init uitschakelen

    Cloud Init wordt enkel gebruikt voor de initiële installatie van je VPS. Het kan dan ook geen kwaad om Cloud Init geheel uit te schakelen. Dit kun je doen door enkel één leeg bestand aan te maken:

    touch /etc/cloud/cloud-init.disabled
    Je kunt nu verder gaan met de rest van stap 3 vanaf hier. Mocht je na het doorlopen van deze handleiding blijken dat Cloud Init de wijziging niet goed verwerkt heeft, voer dan nog het volgende commando uit:
    dpkg-reconfigure cloud-init
    

    Nu voeg je het extra IPv6-adres toe in de networkinterfaces. Open hiervoor eerst de configuratie van je netwerkinterface:

    nano /etc/sysconfig/network-scripts/ifcfg-eth0

    Je krijgt een output te zien die er uit ziet zoals in onderstaand screenshot.

    centos_eth0_addipv6

    In het geopende configuratiebestand voeg je de volgende regels toe indien deze nog ontbreken:

    IPV6INIT=yes
    IPV6ADDR=2a01:7c8:aab8:77::1337
    IPV6_DEFAULTGW=2a01:7c8:aab8::1
    

    Sla de wijzigingen op en sluit nano af (ctrl + x > y > enter).

    Mocht je nog meer IPv6-adressen willen toevoegen dan kun je hiervoor onderstaande regel toevoegen:

    IPV6ADDR_SECONDARIES="2a01:7c8:aab8:77::1338 2a01:7c8:aab8:77::1339" (etc.)


    Stap 4

    Om het nieuwe IP-adres in gebruik te kunnen nemen zul je de netwerkinterfaces nog moeten resetten via het volgende commando:

    systemctl restart network


    Stap 5

    Wanneer je nu weer ifconfig -a of ip addr uitvoert (vaak is ip addr accurater), zul je het nieuwe toegevoegde IPv6-adres terugzien. Je kunt dit IP-adres testen door vanaf een andere computer / IP een ping-test uit te voeren.

    Mocht je nog meer IP-adressen willen toevoegen dan kun je de bovenstaande stappen herhalen.


     

    Mocht je aan de hand van dit artikel nog vragen hebben, aarzel dan niet om onze supportafdeling te benaderen. Je kunt hen bereiken via de knop 'Neem contact op' onderaan deze pagina.

    Wil je dit artikel met andere gebruikers bespreken, laat dan vooral een bericht achter onder 'Reacties'.

     

    Kom je er niet uit?

    Ontvang persoonlijke hulp van onze supporters

    Neem contact op